26 maart 2020

Circus Heart, the dream of Oscar Carré

Interview

De geschiedenis van het circus is een belangrijk onderwerp, want hoe is het circus ontstaan en waar komt het circus vandaan? Circusweb verzamelt zoveel mogelijk puzzelstukjes die uiteindelijk samen een mooi beeld zullen geven.

Oscar Carré

Waarschijnlijk de meest klinkende naam in de Nederlandse Circus geschiedenis is die van Oscar Carré. Er is veel over hem en zijn circus geschreven, zijn naam leeft nog altijd voort in zijn prachtige circustheater aan de Amstel dat door hem werd gebouwd. Er is ook een fenomenale film gemaakt die aan hem gewijd is en op prachtige wijze met veel oud filmmateriaal, oude foto’s en liefdevolle interviews met zijn nazaten is gemaakt. Het wordt duidelijk dat alle circussen die volgden inclusief Cirque du Soleil alles na deden wat deze entrepreneur al ooit heeft gedaan. Reizen met een eigen trein, een complete water manege met watervallen en boten in de piste etc. Wist u dat Carré een pionier was op film gebied en dit naar Nederland bracht? Het is allemaal te zien in deze “must see” film;

Circus Heart, the dream of Oscar Carré

24 december 2012 en 6 januari 2013 door de NTR uitgezonden

Een Film van Leo de Boer met o.a. Lou-Ann Carré een nakomeling van Oscar Carré

Inleiding bij de film

Oscar Carré (1846 – 1911) is vooral bekend als oprichter van Theater  Carré in Amsterdam. Als Pruisische circusmonarch en als een gewiekste zakenman. Maar Oscar Carré is ook de toegewijde artiest die elke dag in de piste stond en fluisterde met zijn geliefde paarden om zijn dressuur act tot in de kleinste details te perfectioneren. Circus Heart. The Dream of Oscar Carré doordringt de circuscultuur in al zijn schoonheid en de mensen die het tot grote hoogten hebben gebracht. Dit komt tot uiting in het verhaal van de dubbele rol als kunstenaar en ondernemer van circusprins Oscar Carré.

Wikipedia

Oscar Carré

Oscar Carré (Halberstadt, 22 december 1845 – Kopenhagen, 29 juni 1911) was een zoon van Wilhelm Carré en de Nederlandse paardrijdster Cornelia Adriana de Gast (artiestennaam: Kätchen Carré). Oscar was verantwoordelijk voor de bouw van het beroemde Circustheater Carré.

Biografie

Carré was lid van een Duitse circusfamilie. In 1863 kwam de familie Carré naar Nederland. Oscar nam in 1869 het stokje van zijn vader over. Hij bouwde het circus uit tot een groot succes en liet vele vaste circustheaters bouwen, eerst in Wenen (1873) en in Keulen (1878) en ten slotte ook in Amsterdam. Naast Duits, Engels en Russisch sprak hij ook vlot Nederlands.

Carré maakte aanvankelijk gebruik van een houten circusgebouw, dat in 1880 op last van de gemeente wegens brandgevaar moest worden afgebroken. Carré besloot een stenen circusgebouw op te richten, maar pas na jarenlang ambtelijk touwtrekken kreeg hij in 1886 de vereiste bouwvergunning. Via obligaties lukte het hem de benodigde bouwsom van 300.000 gulden bijeen te krijgen; in april 1887 werd met heien begonnen en reeds 8 maanden later kon het gebouw worden opgeleverd. Op 2 december 1887 werd het Circus Carré theater in Amsterdam door Oscar geopend. In dit theater werden tijdens de jaarlijkse kermis paardenshows te geven. Carré bleef ook in het buitenland optreden, waarvoor hij zijn hele circus met een eigen trein vervoerde. De trein kwam in 1891 in Duitsland in botsing met een goederentrein, waarbij zijn vrouw Amalia om het leven kwam en twee van zijn kinderen alsook een van zijn ruiters zo zwaargewond raakten dat zij niet meer konden optreden. Slechts 4 dagen later trad Oscar noodgedwongen alweer met zijn circus op.

De loopbaan van Carré wordt onder andere beschreven in het mooie album “De bonte droom van het Circus”, dat in 1956 in zeer grote oplage door het Nederlands Zuivelbureau werd uitgegeven en nog steeds gemakkelijk antiquarisch te verkrijgen is. Hierin wordt onder andere verteld dat Carré in 1897 in Scheveningen, na het overlijden van zijn tweede vrouw en in het zicht van een faillissement (onder andere door toenemende concurrentie van het variété), niet kon verdragen dat zijn geliefde Trakehner hengsten in vreemde handen zouden komen, en dat hij ze daarom naar de duinen leidde en doodschoot. Aan de waarheid van dit verhaal wordt echter sterk getwijfeld, zoals in de documentaire ”Circushart”, op 24 december 2012 en 6 januari 2013 door de NTR uitgezonden, wordt beschreven.

Meestal verbleef de familie van november tot april in Amsterdam in de woning boven het theater, daarna ging ze op tournee door heel Europa. Inmiddels had Oscar Carré Hees (Nijmegen) uitgezocht om na de tournees in de zomermaanden met het hele circus uit te rusten. In augustus 1901 kocht hij de villa Welgelegen, op de hoek Voorstadslaan-Dorpsstraat (Schependomlaan) en in de directe omgeving een boerderij en grond voor een manege.

Naast Café Juliana aan de Dorpsstraat liet Carré een grote manege bouwen voor maar liefst honderd paarden. Oude Nijmegenaren herinneren zich nog dat de familie op mooie zondagen met een mooi opgetuigd vierspan over de singels van de stad uitrijden ging. Circus Carré heeft maar betrekkelijk kort gebruik gemaakt van de stallen

Mausoleum van Oscar Carré op Zorgvlied.

Oscar Carré kreeg toenemend gezondheidsproblemen en overleed in 1911 op 65-jarige leeftijd. Het circus beleefde zware tijden, onder andere door de opkomst van de bioscopen. Ironisch genoeg was Oscar Carré, naast circusdirecteur met een goed gevoel voor publiciteit en een fenomenaal paardendresseur, tevens filmpionier, die enkele van de oudste Nederlandse filmbeelden (onder andere de inhuldiging van Koningin Wilhelmina in 1898) op zijn naam heeft staan. Het circus ging uiteindelijk alsnog failliet, maar het werk van Oscar werd door zijn nakomelingen voortgezet en zijn kleinzoon en achterkleindochter treden nog steeds op.

Het gebouw in Nijmegen (Hees) kreeg al snel na Oscars dood in 1911 andere bestemmingen, zoals opslagloods, steenfabriek, garagebedrijf en automaterialenhandel. In 2008 maakten de ‘stallen van Carré’ plaats voor een wooncomplex.