De ‘Circuscultuur’ is sinds december 2013 bijgeschreven in de Inventaris Immaterieel Erfgoed Nederland.
Immaterieel erfgoed zijn cultuuruitingen die door de beoefenaars worden beleefd hun als erfgoed en hen een gevoel van identiteit en continuïteit geven. Het is levend en dynamisch erfgoed dat van generatie op generatie doorgegeven.
De circuscultuur in Nederland kan bogen op een rijk verleden van ruim twee eeuwen. In 1796 werd in Delft de eerste openbare circusvoorstelling gegeven door koorddanser Pieter Magito.
Sinds Magito is er veel veranderd. Het klassieke rondtrekkende tentcircus met zijn dieren, clowns en acrobaten bestaat nog, maar theaterachtige elementen hebben hun intrede gedaan.
Als onderbouwing voor de bijschrijving liet het Kenniscentrum Immaterieel Erfgoed Nederland weten: “het circus is in al zijn vormen nog steeds dynamisch. Dat komt mede doordat in Nederland twee hbo-instituten bestaan, waar een opleiding tot circusartiest kan worden gevolgd.
Circusshows worden meer en meer een voorstelling met een verhalend karakter, ondersteund door dans en muziek.”
Website Kenniscentrum voor Volkscultuur en Immaterieel ErfgoedIn Nederland is de circuscultuur sinds 2013 bijgeschreven in de Inventaris Immaterieel Erfgoed Nederland.
Het fenomeen ‘circuscultuur’ is echter over de hele wereld bekend. De oorsprong van daarvan voert ons terug naar Engeland. In het jaar 1770 werden de paardenshows van grondlegger Philip Astley al snel uitgebreid met optredens van clowns, acrobaten en jongleurs. De circuscultuur was geboren!
In 2020 vierde De Koninklijke Nederlandse Munt 250 jaar circuscultuur met drie zeer exclusieve, thematische uitgiften.
Gert van der Vijver, onder meer bekend van het tv-programma ‘De Zandtovenaar’, maakte voor de Koninklijke Nederlandse Munt een uniek ontwerp.
Speciaal voor dit ontwerp heeft de Zandkunstenaar een echte circuspiste nagebootst. Het zandkunstwerk is omgezet in een 3D-ontwerp waarbij de originele zandstructuur behouden is. De uitgifte brengt hiermee een eerbetoon aan het zand in de traditionele circuspiste.
De uitgifte – in drie varianten – beeldt de dynamiek en de geschiedenis van de circuscultuur uit.