Wereldkerstcircus, nu het grootste programma ooit! Dat is de slogan van het Wereldkerstcircus dit jaar. En als je zoiets zegt dan moet je dat op zijn minst waarmaken. Het is een beetje circus-eigen om je programma aan te kondigen met superlatieven, maar bij Carré heb je de neiging om het meteen serieus te nemen.
hoofdfoto: Marcel Verbakel, andere foto’s: Stardust
De première van het Wereldkerstcircus is altijd een feestje. Veel BN-ers (die ik overigens nauwelijks ken) maar vooral ook veel circusvrienden en (oud-)circusdirecties die hier aanwezig zijn. En je kijkt je ogen uit naar de kledij van de gasten, van super chique, glitter en glamour, tot mensen die nog ergens een trouwpak tevoorschijn konden toveren, iedereen ziet er op zijn manier op zijn paasbest (kerstbest) uit.
Fredy Knie
Het 32ste Wereldkerstcircus is lekker traditioneel. Met als absolute hoogtepunt zo aan de reacties van het publiek af te meten de 70-jarige Fredy Knie, die heel kalm de piste betreedt en ook in alle rust met zijn stem de paarden dirigeert. Echt een intrigerende act, met zoveel paarden tegelijk en alles gaat goed. Hoe doet ie het. Je ziet het niet vaak, maar na deze act kreeg hij midden in de voorstelling een staande ovatie! Mensen houden toch van dieren in het circus. In de pauze werd in de foyer nog gesproken over de wilde dieren van vroeger, die je in de omgeving zelfs kon horen brullen tijdens de kerstcircusperiode.
Bekroonde acts
Heel veel bekroonde acts kwamen voorbij. Met vooral mensen van het Chinese Staatscircus, die hun acts zo in de vingers hebben dat het bijna risicoloos is. Als een geoliede machine, en je hoopt bijna dat er iets fout gaat, want dan lijken het echte mensen. Een perfecte show van de Diabolo Girls, maar ook het met Gouden Clown bekroonde hoepelnummer was fenomenaal. Blij dat er een hoepeltje afgestoten werd, want dan weet je pas hoe moeilijk zo’n act is. Het zijn net mensen. Gaaf waren de afstandbestuurbare hoepelmachines, vooral voor kinderen moet dit spectaculair zijn, beetje robotachtige bouwsels.
Orkest
Natuurlijk is een live orkest onontbeerlijk bij een goed circusprogramma. Het orkest kon elk tempo en melodie spelen. Marcel Verbakel en ik zaten samen op het balkon, precies tegenover het orkest en dan zie je precies welke artiesten hun act liever op hun eigen ingeblikte muziek willen vertonen. Het orkest kreeg nogal wat pauzes, waarna tijdens het weghalen van de requisieten in dezelfde muziekstijl een invulling werd gegeven.
Hoogtepunten
Natuurlijk ga ik niet alles verklappen. Het ene na het andere hoogtepunt beleefden we als toeschouwer. Het kon niet op. Heel bijzonder was een act in de tissu met een Italiaan met prachtige stem Yves en Ambra. Zijn de meeste tissu acts echt slaapverwekkend, dit was echt een hele speciale. En dat gold ook voor de jongleur, heel bijzonder wat deze man doet met pingpongballetjes. Alleen al daarvoor zou je naar Carré moeten gaan, maar dat geldt voor zoveel van die acts. Of voor een Russische schommelgroep bestaand uit prachtige vrouwen met lange rokken… hoe knap allemaal. Of de clown, met heel eenvoudige dingen de zaal plat krijgen.
Niet voor niets eindigde het programma met een minutenlange staande ovatie van het aanwezige publiek. Hetzelfde publiek dat na elke act echt als een dolle aan het klappen en fluiten sloeg. Wat een een enthousiasme, dat moet voor Stardust en Carré toch goed aanvoelen.
Borrel na afloop
De borrel na afloop was voor Circusweb ook weer zo’n hoogtepunt. Een mooie gelegenheid om aan anderen te vragen wat zij van de voorstelling vonden, zoals Arie Oudenes, die beaamde dat het het mooiste Wereldkerstcircus ooit was. Of Sjoukje Dijkstra, die vooral enorm had genoten van de paardenacts. En natuurlijk waren er Pammy en Angelo Boltini, de Teutebergjes, collega’s van de Piste en nog veel meer leuke mensen. Een genot om het mee te maken. En om even terug te komen op de inleiding, het grootste programma ooit, echt niets te veel gezegd.
Echt Cultureel Erfgoed
Ik bedacht op de terugweg, om 00.45 was de snelweg nagenoeg leeg dus genoeg tijd om de voorstelling te herbeleven, dat je toch eens in je leven met je kinderen of kleinkinderen naar het Wereldkerstcircus zou moeten. Dé gelegenheid om kwalitatief immaterieel cultureel erfgoed te beleven. Mijn moeder ging er vroeger heen met de kleinkinderen, voor haar was er maar 1 circus, dat was Carré, en als mijn kleinkinderen wat groter zijn, zal ik dat zeker gaan herhalen in een middagvoorstelling. En dat noem je dus een prachtig voorbeeld van cultureel erfgoed. Circus zoals circus wat meer zou moeten zijn. Zouden er meer tentcircussen zijn van dit gehalte, dan zou Circus weer een bloeiende tijd beleven. “Nergens is circus mooier dan in Carré”, zei spreekstalmeester Tony Wilson, en ik geloof dat hij daar gelijk in heeft. Voor kaartjes klik hier.