Ze lijken zussen, de allerbeste vriendinnen, steunen elkaar door dik en dun. In ‘La Boule’ zijn de acrobaten Kim Marro en Liam Lelarge voortdurend met elkaar verstrengeld. In de meest vreemde en onnavolgbare poses bewegen ze als één levend organisme door de piste. Welk been is van wie? Van wie is die arm? Die voet? Gedurende deze voorstelling wordt het voortdurend spannender en onvoorstelbaarder. En dan het is nog komisch en ontroerend ook.
De twee acrobaten maakten de voorstelling bij AY-ROOP in het Franse Rennes, een organisatie die zich inzet voor de ontwikkeling van het hedendaags circus. De Nederlandse première is op Festival Circolo in Tilburg.
Als ‘La Boule’ begint zijn de lichamen van de acrobaten nog gescheiden. Ze lopen rondjes door de piste, arm op elkaars schouder. Het ziet er amicaal en zorgeloos uit. Maar dan gaat een hoofd op de schouder van de ander, gaat een hoofd tegen de borst van de ander en loopt een van de twee artiesten gebogen naast haar collega. Nog steeds in hetzelfde straffe tempo.
Silly Walks
Dit is nog het makkelijke, overzichtelijke deel van de voorstelling. Dat rondjes lopen blijft hetzelfde, bijna een uur lang, maar de manier waarop de twee bewegen verandert en wordt gaandeweg minder transparant. Vaak zijn de benen van de acrobaten verstrengeld, de armen ook, steeds wijzigt de positie.
Even doet het denken aan het malle ‘Ministry of Silly Walks’ van Monty Python, maar die vergelijking gaat snel mank. Bij die komische Britse sketch gaat het uitsluitend om humor, bij ‘La Boule’ gaat het om acrobatische vaardigheden en het oprekken van de mogelijkheden van het menselijk lichaam.
Vindingrijk
De twee strekken een been achter de rug van hun collega, klemmen die stevig vast en lopen zo verder. Ieder op één been. Een volgend moment liggen ze op elkaar, rug op buik, de benen gestrekt. Met hun armen tillen de twee zich op en lopen zo als een levend wezen door de piste.
Dan weer hangt de ene acrobaat ondersteboven aan het lichaam van haar collega. Die tilt vervolgens het hoofd van de ander op door iets aan de haren te trekken en wandelt zo door de piste. De ene houding volgt de ander en is nog onvoorstelbaarder dan de vorige.
‘La Boule’ rekt de mogelijkheden van acrobatiek weer iets op, toont een verrassende vorm van deze circusdiscipline, is origineel, experimenteel, maar ook ontroerend.
De twee hebben zorg voor elkaar, nemen de tijd voor elkaar en helpen elkaar. Dat raakt. Het lijkt een afspiegeling van het leven of zoals het leven zou kunnen zijn. Mensen die elkaar dragen, die elkaar steunen, op elkaar wachten, elkaar helpen om verder te komen, aandacht hebben voor elkaar als het even moeilijk gaat.
Dat tonen de twee acrobates op een luchtige manier en af en toe schieten ze zelf in de lach. Dat is ontwapenend. Ook grappig is de plotse gedaantewisseling aan het eind. De meisjes van next door blijken ook showgirls te zijn.
De bal
De titel van de voorstelling is niet voor niets ‘La Boule’, (de bal). Als alles samenkomt, beide lichamen aan elkaar zijn gewaagd en op elkaar zijn ingespeeld, dan hoort zelfs rollen tot de mogelijkheden.
Aan het begin van de voorstelling denk je nog: al dat lopen door de piste, hoe lang blijft dat spannend? De artiesten geven ongevraagd het antwoord: tot aan het eind.