Columns
25 februari 2024

‘Voorwaarts en niet vergeten’ | Column nummer 5

Column ‘Voorwaarts en niet vergeten’ | Nummer 5

Deze week wil het eens hebben over ouder worden. En dan met name: ouder wordende artiesten.

Wist u dat ikzelf ook artiest ben geweest? Jazeker! Vóór mijn carrière als springkussengigant deed ik kindershows. Eerst kleinschalig, maar later toch van enige omvang zoals een show met Loeki de Leeuw en de Fabeltjeskrant. Ook mijn grote hit-show rondom ‘Teenage Mutant Ninja Turtles’ voerde ik tweehonderd keer uit. Weliswaar dertig jaar geleden, maar ik rijd er nu nog steeds een mooie auto van.Ik stopte op tijd, want ik was niet van plan om als ouwe zak met smakeloze grappen en liedjes – die niet meer kunnen – voor de nieuwe jeugd op te treden. Ik ben dus wat anders gaan doen na mijn dertigste.

Een clown kan lang door. Ik was een entertainer à la Andre van Duin, maar dan voor kinderen. Dan moet je op tijd het stokje doorgeven aan nieuwe, jonge en frisse artiesten.Voor mij is het nooit een probleem geweest. Door te stoppen kwamen er weer nieuwe mooie initiatieven. Ik vind dat veel artiesten te lang doorgaan. Toon Hermans, een icoon in mijn belevenis, stond in zijn laatste shows te huilen op het podium. De gulle lach waar men voor kwam, had plaatsgemaakt voor trieste liedjes. Zeker mooi, maar dat moet wel gedoseerd worden in een voorstelling en niet een aaneenschakeling zijn.Circusartiesten moeten langer door, anders hebben zij geen inkomsten. En: vaak kunnen zij niets anders.

Vroeger was er bij de grote circussen altijd wel een baantje voor een oude acrobaat. En ‘Miss Wendy’ (ooit een begenadigd trapezeartieste) zat nu met grijze haren en rimpels – afkomstig van haar zware circusleven – in de kassa en in de pauze stond ze bij het buffet.

Vandaag de dag is er – naast wat oude familieleden – geen plek voor oud-artiesten in het circus. Net als in de normale maatschappij worden zij onzichtbaar en onbruikbaar. Jammer.Het is daarom voor circusartiesten van belang om hier tijdig over na te denken. Als iets niet meer gaat moet je naar een alternatief zoeken. Toen Willer Nicolodi geen salto’s meer kon maken, werd hij buikspreker. Toen Lars Hölscher inzag dat met olifanten werken geen toekomst had, werd hij illusionist.Maar je moet het zelf wel wíllen zien. Ik heb maar al te vaak dames in de lucht zien hangen terwijl ik dacht: ‘als die nok dit maar dragen kan’. Ik heb voormalige circusprinsessen gezien die meer deuken in hun benen hadden dan er in een ananas zitten. Ik heb fakirs gezien die nog steeds met een bloot bovenlichaam in de piste stonden, terwijl de buik bijna tot de vloer hing. Als je vrouw écht van je houdt, zeg je daar toch wat van?

Ik sprak een paar jaar geleden met Leen Huijzer, beter bekend als: ‘Lee Towers’. Hij trad nog maar zelden op en was hier heel nuchter in. Hij zei me dat hij blij was als hij gevraagd werd om met het kerkkoor op te treden. Voor vijfhonderd euro, terwijl zijn gage vroeger veertig keer hoger was. Hij wist dat dit komen ging en kon zich er prima in vinden.

Helaas denken circusartiesten vaak dat ze nog vijfentwintig zijn, ook op zestig jarige leeftijd. Durf eens te zeggen dat een leuk broekpak misschien beter is dan die netkousen. Dan hoef je niet meer langs te komen.

Tot de volgende keer.

Belangrijk: columnisten hebben de vrijheid om dát te schrijven wat zij schrijven willen. Circusweb respecteert die vrijheid en mengt zich niet in de inhoud van de columns.