Interviews
19 februari 2025

Interview Flavio en Bruno Togni – ‘Een Italiaanse circusfamilie in Carré’

Door 8 min leestijd • 19 februari 2025
Interview

De Italiaanse circusfamilie Togni bracht afgelopen kerstperiode niet door in haar eigen woonwagen, maar in de fameuze kleedkamer 3 van het Koninklijk Theater Carré.

Flavio Togni presenteerde daar voor het eerst zijn paardenvrijheid en ook de rest van het gezin kwam mee. Flavio Togni geldt al decennia als een van de grootste dierentrainers in de circuswereld. Nu zoekt zijn familie naar haar plek in een veranderende wereld.

Flavio met zijn paarden in de piste van het Wereldkerstcircus in Carré. (Foto door: Frens te Kiefte)

Maandagochtend in Carré, iets voor twaalven. De voorstellingsleider klinkt door de speaker: vijf minuten voor aanvang. Een clown, twee oudere jongleurs en groepjes acrobaten verzamelen zich backstage voor de openingsparade. Opeens zet een groot rolluik zich ratelend in beweging, felle december-zon schijnt naar binnen. Via de ingang waar anders transportwagens worden uitgeladen, leiden medewerkers de paarden naar binnen. Praatje rechts, begroeting links, de meeste dieren volgen zonder leidraad: het gaat er relaxt aan toe.

Backstage in Carré. (Foto door: Frens te Kiefte)

Wanneer de ouverture begint, loopt Flavio Togni de lift uit. Zijn paardennummer vormt de opening van dit 37ste Wereldkerstcircus. Kort overlegt Flavio met zijn kinderen. Die overzien de stallen en staan tijdens de voorstelling naast de piste-rand. Togni begroet de paarden met een kort klopje of zacht woordje. Dan kondigt spreekstalmeester Rudy Hellewegen de grote vrijheidsdressuur aan. Het orkest zet een Italiaanse smartlap in, de paarden hobbelen de piste in: klassiek circus komt tot leven.

Kleedkamer 3

Kleedkamer 3 in Theater Carré geldt als heilige grond. Hier maakten de grootste Nederlandse cabaretiers zich klaar voor hun voorstelling: van Toon Hermans tot Youp van ’t Hek. Net als pop-legendes, wereldberoemde ballerina’s, clown Bello Nock en paardendresseur Fredy Knie jr.

Flavio’s dochter Adriana met een van de paarden, onderweg naar de piste. (Foto door: Frens te Kiefte)

Nu functioneert het als tijdelijke woonkamer voor de familie Togni, het hele gezin is meegekomen. De jonge generatie overziet de stallen en staat (samen met huisdresseur Robert Stipka jr.) tijdens de voorstelling naast de piste.

De Togni’s zijn intussen gewend aan kleedkamers, lange gangen en donkere backstages: alles wat een circusgebouw zo anders maakt dan een circustent. Afgelopen jaren traden ze al op in verschillende Russische circusgebouwen, waaronder het legendarische Cirkus Nikulin te Moskou.

Adriana, Flavio en Bruno Togni. (Foto door: Frens te Kiefte)

Flavio, hoe is het om in Carré te werken?

Flavio: “Het is een bijzondere eer om hier te mogen spelen. Door de architectuur en de historie van het gebouw, en door het publiek dat duidelijk verstand heeft van circus. De mensen hier in Amsterdam reageren heel bewust op de voorstelling. Je voelt dat ze een bepaald idee van kwaliteit hebben, met veel respect voor de artiesten.’

Voor de paarden was het wel even wennen: ‘bijna nergens zit het publiek zó dicht op de piste. Daardoor waren ze tijdens de eerste voorstelling heel gespannen en onrustig”.

Een paar dagen later loopt de paardenvrijheid soepeler en hoeven Togni’s assistenten niet meer in te grijpen.

Flavio met zijn paarden in de piste van het Wereldkerstcircus in Carré. (Foto door: Frens te Kiefte)

Grootmeester

Flavio Togni heeft een groot referentiekader wat betreft speelplekken. Hij groeide op in het Italiaanse Circo Americano/American Circus van zijn familie: een reuzecircus met drie pistes en honderden dieren. Op zestienjarig leeftijd presenteerde Flavio een grote groep olifanten tijdens het Circusfestival in Monte Carlo. Het leverde hem zijn eerste zilveren clown op. Hij mocht vaker terugkomen in Monaco: met nog eens twee zilveren clowns én een gouden clown (2011) staat Togni genoteerd als meest bekroonde artiest uit de geschiedenis van het festival.

De prijzenkast tekent zijn carrière als dressuur-grootheid van de laat twintigste en vroeg eenentwintigste eeuw. Dat maakt hem tevens tot een van de laatste dresseursgrootheden in het circus überhaupt – hét tijdperk van de circusdieren lijkt tenslotte voorbij.

Flavio. (Foto door: Frens te Kiefte)

Je werkte eerder met allerlei soorten (exotische) dieren. Nu sta je hier alleen nog met de paarden: hoe beleef je dat?

“Ik heb alle soorten dieren gedresseerd: olifanten, kamelen, een neushoorn en natuurlijk de tijgers. Maar paarden zijn altijd favoriet geweest om mee te werken, daar geniet ik dus nog steeds van.”

Toch voel je bij de Togni’s een duidelijk verdriet en onbegrip over de toenemende verboden op het houden van wilde dieren.

Flavio: “Natúúrlijk begrijp ik dat tijden veranderen. Mensen denken bewuster na over hoe we omgaan met dieren en ze zijn kritisch geworden. Maar ik snap niet hoe plotseling de omslag is gemaakt naar het totaal verbieden van zogenaamde exotische dieren. Mensen stonden de mensen rijen dik om onze olifanten te zien, toen wij eind jaren negentig naar Amsterdam kwamen met het American Circus.

Tutta la famiglia. V.l.n.r. Mike Togni jr. (de vriend van dochter Adriana), Adriana, Flavio, zijn vrouw Adela en zoon Bruno. (Foto door Frens te Kiefte).

We kregen altijd vragen over onze werkwijze en namen altijd de tijd om dat uit te leggen. We gingen extra letten op onze presentatie in de piste: zodat het publiek duidelijk voélt hoe sterk de band is tussen ons en de dieren. Ook als ze zelf minder vaak direct in contant komen met dieren.

Nu, twintig jaar later, zijn wij opeens de ‘bad guys’ geworden voor wetgevers in heel Europa. Terwijl we altijd zo hard hebben gewerkt om het goed te doen.”

Wat vind je het ergst aan de groeiende druk op wilde circusdieren?

“Dat we afscheid moesten nemen van onze olifanten. Een deel van de groep woont nu in een Italiaans dierenpark. Ze waren op leeftijd en kunnen daar van een verdiend pensioen genieten. De andere dieren zijn overgenomen door een dierentuin in het Midden-Oosten.”

Flavio gebaart naar zoon Bruno en dochter Adriana, die ook bij het gesprek aansluiten: “Bruno en ik hebben de dieren weggebracht naar het vliegveld. Adriana ging niet mee. Het deed haar te veel pijn. Olifanten worden vijftig tot zestig jaar oud en ze waren dus heel lang bij ons. Onze kinderen zijn met hen opgegroeid, ze vormden hun leven.”

Vader en zoon Togni. (Foto door: Frens te Kiefte)

Bruno heeft een paar jaar geleden een nieuwe act met tijgers ingestudeerd: een risicovolle investering?

Bruno [lachend]: “Daar was mijn vader ook geen voorstander van. Hij vond dat ik beter mijn tijd kon besteden aan jongleren.”

Flavio: ‘Toen de welpen geboren waren, heb ik inderdaad tegen Bruno gezegd dat ik geen toekomst zag in de tijgers. Dat hij daar jarenlang tijd en energie in zou moeten stoppen, zonder uitzicht op een lange carrière.

En weet je wat hij antwoordde? ‘Als dat zo is, heb ik in ieder geval zeven jaar gedaan wat ik het allerliefste wil doen. Dat is nooit weggegooide tijd.’

Toen begon Bruno zelf met het trainen van de dieren. Eerst door gewoon met ze te spelen – hij bracht uren door in de kooi. Daarna heeft hij zelf een nummer gebouwd. Die zilveren clown in Monte Carlo (2023) vormt echt de kroon op zíjn werk”.

Bruno, wijzend naar zijn vader: “Maar daarvoor heb wel kunnen leren van de beste!”

Nog een paar minuten… (Foto door: Frens te Kiefte)

Kunnen jullie in Italië nog optreden met alle dierennummers?

Flavio: “Het verschilt van regio tot regio, op veel plekken mag het in principe nog. Afgelopen jaren maakten we ook producties met een focus op paarden. Zowel Adriana als Bruno rijden de hogeschool en kunnen de vrijheid presenteren. Adriana heeft ook de Hongaarse Post geleerd, hun neven doen voltige en jongleren te paard.

Met de tijgers zijn mogelijkheden in heel West-Europa beperkt. Je kan er moeilijk een seizoen mee vullen. Daarom reizen we nu naar Rusland en midden-Azië. Afgelopen jaar trad Bruno zelfs op in Ulaanbaatar (Mongolië).”

Bruno Togni en Davide Vassallo. (Foto door: Frens te Kiefte)

Hoe bevielen die verre reizen?

“In 2020 werkten we voor het eerste een heel seizoen in het Moskouse Nikulin Circus: het oudste circusgebouw van de stad. Onze familie vormde de basis van het programma met paarden, tijgers en enkele acrobatische acts. Nikulin is een prachtig circustheater met topprogramma’s – net als Carré. Ook daar komt een publiek dat verstand heeft van circus en gewend is aan kwaliteit. Dat maakt het een feest om te werken.”

Bruno’s ogen lichten op als we over Moskou praten: “Daar vind je echt de mooiste programma’s ter wereld. Met héél veel dierennummers.”

Na Moskou volgden contracten in andere circusgebouwen door het land. Flavio: “De meeste circussen bieden goede voorzieningen en mooie voorstellingen, vaak voor volle zalen. De afstanden tussen steden zijn natuurlijk reusachtig. Gelukkig speel je altijd voor langere tijd op één plek. Totaal anders dan het traditionele circusleven in Italië.”

Flavio met zijn paarden in de piste van het Wereldkerstcircus in Carré. (Foto door: Frens te Kiefte)

Bakoe en het American Circus

In 2025 ligt een nieuw avontuur in het verschiet voor de Togni’s en de tijgers: ze treden op in het circusgebouw van Bakoe, Azerbeidzjan. Komend najaar volgt hoogstwaarschijnlijk weer een tournee door Italië met hun eigen American Circus.

Flavio: ‘”We gaan voor een grote show in drie pistes. Al zijn die moeilijker te vullen zonder de olifanten, het blijft toch ons unique selling point.’

Als alles volgens plan loopt, is Bruno daar ook bij met zijn tijgers: daarvoor zullen we vechten tot het einde”.

Flavio Togni

de koning der dieren

Meer lezen over Flavio Togni en zijn kijk op het werken van dieren? Bekijk dit (Italiaanse) artikel uit 2012, afkomstig uit een master thesis van Valentina Ripa.

Lees het hier.