“Een clown kan niet oefenen zonder publiek”
Vanaf 24 augustus reist circus Louis Knie door Nederland, een circus waar de mensen zich behoorlijk aan kunnen vergapen in deze tijd van circus schaarste op hoog niveau. Het boegbeeld van dit circus is niet voor niets de Nederlandse clown Gilberto Francesco Beeloo, uit het beroemde circusgeslacht Beeloo. Als lid van een circusfamilie die gewend is fantastische prestaties te leveren heeft hij een naam hoog te houden.
Met dank aan Nigel Voets
Beeloo is een multifunctionele clown die zijn vak verstaat op het gebied van musiceren, zang, illusies, magie, showmaster, een autodidact, op wat disciplines na die hij op jonge leeftijd van zijn familie heeft geleerd. Een ambitieuze clown die onmiskenbaar de succesvolle genen van zijn circusfamilie bezit gezien het indrukwekkend aantal prijzen dat hij inmiddels heeft gekregen voor zijn schitterende acts. Hij heeft het van geen vreemde. Wie herinnert zich niet zijn tante Manuela Beeloo die bij het 10de festival van Monte Carlo de Zilveren Clown won met haar Hogeschool act, combinatie paard en ballerina.
Nigel Voets, die in augustus 2 weken werkte bij Louis Knie kreeg van Circusweb het verzoek om zijn beroemde landgenoot te interviewen, hetgeen hem wonderwel goed af ging.
Nigel: Welke prijs is je belangrijkste prijs?
Beeloo: “De belangrijkste prijs vind ik wel de derde prijs van het festival Cirque du Demain, samen met een acrobate. Het was mooi om daar te staan in Cirque d’ Hiver. Daarnaast heb ik verschillende prijzen ontvangen, o.a. op een clownsfestival in Engeland, maar Demain was een van de mooiere momenten. Ik begon net voor mezelf als repriseclown”.
Hij kreeg het vak met de paplepel ingegoten en liep als kleine jongen al mee in de voorstellingen waar zijn ouders waren. Beeloo is uitgegroeid tot een veelzijdig artiest. “Het was mijn droom om als clown/august te kunnen werken later, het fascineerde mij. Later ben ik bij mijn oom van De Fernando’s als august in de leer een seizoen meegegaan. Ik speelde al orgel en mijn neef heeft mij trompet leren spelen. Ik heb toen een mooi seizoen beleefd in Finland. Nadien ben ik op toer gegaan met Spaanse clowns en daarna begon ik in 1980 voor mezelf.
August
Francesco leerde zichzelf zijn vak aan door veel te observeren en naar andere clowns te kijken. “Voorbeelden die je als kind al hebt, al doende leert men plus de ervaring die je opdoet in de piste. Als kleine jongen moet je groeien, want een august wordt pas een august naarmate als je ouder wordt langzaam begin je het te leren. Oefenen kun je met muziekinstrumenten, sketches en acts, maar als clown oefende je, naar mate je meer professioneel wordt. Terwijl je in de piste staat ben je aan het werk en is elke voorstelling een stukje ervaring, een clown kan niet oefenen zonder publiek. Je hebt de respons van je publiek nodig, elke voorstelling is een try-out voor jezelf. Als iets niet aankomt pas je het aan in de volgende voorstelling.
Duitsland
Nigel: Hoe belangrijk is Duitsland voor je vak
“Ik woon in Duitsland, ik heb een Duitse vrouw, in 2000 ben ik naar Duitsland vertrokken, ik ben thuis in Duitsland. Je hebt in Duitsland nog goede zaken, het wordt in de hele wereld minder. Het Duitse publiek is wel een van het fijnste publiek. Voor comedy, clownerie, Duitsland en Frankrijk zijn dit bij uitstek de landen.
Nigel: Hoe speciaal is het om in Nederland te spelen
“Ik verheug me erop om in Nederland te spelen met Louis Knie, om in Nederland een tournee mee te mogen maken met een groot en bekend circus zoals Louis Knie en daar als august te spelen, het blijft toch een thuisbasis voor me. Natuurlijk heb ik ervaring opgedaan met het Nederlands publiek, het is een heel ander publiek qua comedy, ik moet het wel hebben van de lach en spontaniteit van de mensen. Niet alleen per land, zelfs per provincie scheelt de mentaliteit,” weet hij. Hoewel Francesco al veel prijzen en erkenning heeft voor zijn vak is hij nog lang niet klaar voor zijn gevoel. En dat is nu de juiste ambitie om heel ver te komen.
Nigel: heb je nog een anekdote voor mij?
Beeloo moet flink nadenken, bescheiden laat hij weten: “Ik kom pas kijken”. Maar als hij even nadenkt weet hij het precies. “Mijn grootvader vertelde me als je in het circus wilt werken moet je één ding weten, je zal er nooit een ster worden en ook niet rijk. Opa zei: “er zijn altijd goede en minder goede artiesten, je moet zorgen dat je bij de goede artiesten hoort… en dat is een waar verhaal, dat probeer ik altijd te doen”.
