29 februari 2016

900 circusdieren met de dood bedreigd?


900 circusdieren met de dood bedreigd?

In Duitsland worden de geruchten steeds sterker over het versneld invoeren van een verbod op het optreden van wilde dieren in het circus. Gemeente na gemeente probeert men deze circussen te weren. Dierenrechtenactivisten, media en zelfs de grootste circussen in Duitsland houden hier ernstig rekening mee, waardoor ons een hete zomer te wachten staat.

Zo krijgt een haast extremistische organisatie als Vier Voeters (Vier Pfoten) van een Duitse televisiezender zelfs alle ruimte om te suggereren hoe slecht circusdieren worden behandeld. Onder meer met beelden en verhalen van onduidelijke afkomst en uit onduidelijke tijdsperioden waarin olifanten onophoudelijk met stokken worden geslagen, terwijl je het houden van circusdieren anno 2015 niet kunt vergelijken met bijvoorbeeld 10, 20 of 30 jaar geleden. Bovendien roept het verweer dat dergelijke organisaties voeren vragen op wanneer ze door officiële instanties als de reclamecodecommissie op het matje worden geroepen. Opeens suggereren deze organisaties dan dat zij zich niet specifiek verzetten tegen het aantasten van het welzijn van dieren in circussen, maar tegen het houden en misbruiken van wilde dieren in het circus voor het vermaak van de mens.

Waarom dan voortdurend de samenleving bestoken met misleidende beelden en alle circussen, inclusief degenen die zich al jaren hard maken voor een diervriendelijke regelgeving, framen als een synoniem voor dierenmishandeling?

De opvang als booming business

 

Foto: Roy Beusker

Foto: Roy Beusker Postcodeloterij

Tegenwoordig is dierenopvang booming business, vooral als het gaat om de opvang van leeuwen en tijgers. Het levert geld, donateurs en bezoekers op. Aannemelijk is dat organisaties als stichting AAP (Postcodeloterij) en stichting Vier Voeters juist om deze reden zo niets ontziend actie voeren tegen circussen. Niet vanwege het dierenwelzijn zoals wordt gesuggereerd, maar vanwege de fondsen die het opbrengt. Beide organisaties weten als geen ander dat er onvoldoende opvangplaatsen voor deze dieren in Europa beschikbaar zijn. Desondanks dringen zij toch aan op het instellen van een bij voorkeur Europees verbod, zelfs al bestaat er geen goede opvangregeling, waarmee zij een groot deel van deze dieren onder het mom van dierenwelzijn regelrecht de dood injaagt en onze samenleving ontoelaatbaar misleidt.

In Nederland treft het verbod slechts 5 roofdieren, 5 olifanten, wat ossen en zebra’s. In Duitsland gaat het echter om aanzienlijkere aantallen. Dompteurs vrezen dat het grootste deel van de dieren zal moeten worden afgemaakt of aangeboden zal worden aan preparateurs als het verbod werkelijkheid wordt. Als het verbod er komt, worden 141 circussen in Duitsland getroffen met 900 dieren, waaronder 148 grote katten, 82 olifanten en 3 nijlpaarden.

Wie vormt de grootste bedreiging?

Belangrijkste bijeffect van een verbod zal een toename zijn van het verborgen dierenleed, want het enige wat we na een verbod van de genoemde organisaties te zien en te horen zullen krijgen, zijn beelden en verhalen van de enkele dieren die zij hebben opgevangen met een volgend verzoek aan hun donateurs om vooral nog meer giften over te maken. Dit op een wijze dat de kans die zij hadden om werkelijk iets voor de overige dieren te doen doelgericht in de vergetelheid raakt.

Juist in het geval van leeuwen en tijgers, waarvoor zelfs diergedragsdeskundigen van de universiteit van Wageningen aangeven geen wetenschappelijke legitimatie te kunnen vinden voor een verbod, kan men zich serieus afvragen wie de grootste bedreiging vormt voor het welzijn van deze geweldige dieren: circussen die hun leeuwen en tijgers goed verzorgen, of organisaties als stichting AAP en Vier Voeters die aantonen louter uit te zijn op politiek en commercieel gewin, aangezien hun ambities redelijkerwijs in Europees verband uiteindelijk meer dode dan levende dieren zal opleveren.

Want wat is er de afgelopen jaren met al die dieren gebeurd waarvoor zij beweren zich hard te maken en giften hebben ontvangen en die zij willens en wetens de deur hebben gewezen: in de (illegale) handel, bij de preparateur of erger nog?

Gelet op het feit dat de genoemde organisaties gedurende hun belastende campagnes niet in beslag genomen dieren structureel weigeren op te vangen met als drogreden dat zij daarmee de dompteurs zouden helpen de kooi leeg te krijgen, zodat zij weer nieuwe dieren voor een nieuwe act zouden kunnen kopen, is het nog maar de vraag of deze organisaties na de komende zomer nog in staat zullen zijn de samenleving nog langer op een dergelijke manier te misleiden, of dat zij door de samenleving zelf aan de schandpaal zullen worden genageld waaraan zij zo graag het circus willen zien hangen.